Ook Toyota ziet zicht genoodzaakt om momenteel de productie van nieuwe auto’s deels stil te leggen. Reden zijn de aanhoudende tekorten aan cruciale onderdelen, met name microchips. Het tekort treft vrijwel de gehele technologische sector sinds de start van de coronacrisis.
Toyota kon het afgelopen jaar nog aardig goed doorleveren omdat het merk al ruimere voorraadbuffers hanteerde dan andere merken. Hierdoor ondervonden klanten de afgelopen maanden nog relatief weinig vertragingen. Toyota is nu genoodzaakt om in september de wereldwijde productie met zo’n 40 procent te verlagen. In Japan zelf gaan in september maar liefst 27 van de 28 productielijnen in 14 fabrieken dicht. Naast de chiptekorten blijft ook de verspreiding van het coronavirus zelf een problematische factor. Fabrieken zijn immers plekken waar veel mensen bijeen komen.
Verbetering in zicht?
Op de vraag hoe lang de chiptekorten nog aan zullen houden is op dit moment geen goed antwoord te geven. In een verklaring tegenover Reuters in juli gaf directeur Jean-Marc Chery van STMicrolectronics, wat ook produceert voor de autobranche, aan dat normale productie waarschijnlijk pas in de eerste helft van 2023 hersteld zou zijn. Het bijbouwen van fabrieken en dergelijke oplossingen zijn volgens experts niet realistisch omdat dit relatief lang duurt. Vooralsnog moeten we dus rekening blijven houden met tekorten.