Als het lijkt alsof je deze weken opmerkelijk vaak achter een camper zit op de weg: dat klopt. Het aantal campers is namelijk flink gestegen sinds de start van de coronapandemie.
Uit de nieuwste cijfers van de BOVAG blijkt dat er op 1 juli dit jaar ruim 167.471 campers waren in ons land. Een absoluut recordniveau. Sinds het begin van de corona-uitbraak kwamen er bijna 40.000 stuks bij, oftewel ruim 30 procent stijging.
De toegenomen populariteit van de camper is niet geheel verrassend. Ook voor de pandemie was er al een stijgende lijn zichtbaar; Nederland vergrijsd en de wat oudere vakantieganger kiest graag voor de camper die van alle gemakken voorzien is. Bovendien was de camper op het dieptepunt van de crisis ook één van de weinige vakantieopties die men had. Kamperen kon namelijk alleen met eigen sanitaire voorzieningen op sommige momenten, waarbij de camper een mooie optie is.
De grootste groei bij het camperbezit was echter zichtbaar bij jongeren en jonge gezinnen; de leeftijdsgroep tot 45 jaar. Met name gebruikte campers waren voor hen een mooie optie om te proeven aan het ‘camperen’ zonder gelijk een duur nieuw voertuig aan te schaffen. In de eerste helft van 2022 wisselden bij de vakhandel 9.133 campers van eigenaar; iets minder dan vorig jaar maar wel nog steeds een verdubbeling ten opzichte van 2017. Particuliere verkoop onderling zorgde voor 10.000 verkopen.