De afgelopen tijd was het al even genieten voor automobilisten aan de pomp. De benzineprijs zat in vrije val door diverse factoren, zoals de wereldwijde lage vraag naar brandstoffen.
Ook in april zette de daling door, zo becijferde het Centraal Bureau voor de Statistiek. In april kostte een liter benzine gemiddeld 1,47 euro; een daling van ruim 13 procent ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. Dit was het laagste prijsniveau sinds september 2016. De oorzaak komt doordat de vraag naar brandstof laag is door onder meer sterk gedaalde luchtvaart, terwijl productie nog wel een tijdje door moest draaien op het oude niveau. Zo ontstond een overschot aan olie waar de producerende landen dus goedkoop vanaf moesten.
Gemengde reacties
Dit soort berichtgeving levert altijd de nodige reacties op bij automobilisten die dit zelf niet zo herkennen aan hun lokale pomp. Ook hier zijn diverse factoren voor. Hoewel de prijs van een vat olie nog steeds erg laag is, zijn de prijzen van ruwe olie slechts één factor in het totaal van de brandstofprijs. Zo zijn we in Nederland immers ook disproportioneel veel kwijt aan belastingen.
Stroom ook goedkoper
Ook de energieprijs staat onder druk als gevolg van de milde winter en de coronacrisis. Het is zelfs een uitzonderlijke daling: sinds 1 januari zijn de gemiddelde stroomprijzen 11,3 procent gedaald. Dit geeft consumenten weer de mogelijkheid tot een goedkoper energiecontract, wat gunstig is wanneer u thuis uw elektrische auto oplaadt. Ook hier gaat op dat we niet precies weten hoe lang deze situatie aan zal houden, dus geniet van de goedkope(re) kilometers zo lang ze duren.