Mijn opa maar ook mijn vader waren sinds jaar en dag verstokte Ford rijders. Ook al was mijn invloed op het aankoopbeleid van mijn vader wat betreft auto’s op een gegeven moment erg sterk en reden we jarenlang Fiat, de liefde voor Ford bij mijn vader is altijd gebleven. Rond 1970 reden we thuis dan ook in een mooie witte Ford Cortina. Een in Engeland gebouwde Ford met een zee aan ruimte voor het gehele gezin. Op zondag gingen we er dan vaak op uit onder het mom van ‘een eindje rijden’. Iets wat vandaag de dag eigenlijk niet meer zo gebruikelijk is. Sterker nog, ik kan me zelfs herinneren dat er dagjesmensen aan de kant in de berm zaten op zondag om alle voorbijgangers en de verschillende auto’s te bekijken. Op campingstoeltjes met een thermoskan koffie en de zondag was weer goed besteed.
Op een wat gure zondag waren we op weg met de Cortina van Nijverdal naar Wierden. De oude weg met vele bomen, waar nu nog slechts een klein gedeelte van over is. Gezellig keuvelend over ditjes en datjes tot het moment dat het opeens helemaal wit werd voor onze neuzen. We schrokken ons helemaal wild. Behalve mijn vader, want doortastend als ie was, wist ie de Ford Cortina heel ‘cool’ aan de kant te manoeuvreren tussen twee bomen in. Wat bleek het geval, de motorkap van de Cortina was spontaan open geklapt. Zo goed en kwaad als het ging wist mijn vader de kap weer dicht te krijgen en reden we er voorzichtig mee naar huis. Ik kan me niet meer herinneren of hij de auto naderhand nog heeft laten controleren door onze garage in Enschede. De kap is daarna nog jarenlang gewoon dicht gebleven tijdens onze ritjes. Wat wel een blijvend aandenken opleverde waren twee mooie krullen in de achterkant van de motorkap, die tot het einde van het bezit van de Cortina zijn blijven zitten.
Nadat ik uit huis was, reed mijn vader op latere leeftijd toch weer in een aantal Fordjes Ka. De liefde was er nog steeds…