Het is hard gegaan met oldtimers, zowel in populariteit als in prijs. Opvallend was dat tijdens de coronapandemie prijzen van oldtimers explodeerden. De vraag naar oldtimers nam in die tijd dan ook sterk toe. Kocht je een jaar of tien geleden nog een Lelijke Eend voor een paar duizend euro, tegenwoordig brengt een goed gerestaureerd exemplaar een bedrag op van meer dan 15.000 euro. Maar dat geldt ook voor een Volkswagen Bus, een Citroen DS of een Fiat 500. Oldtimers worden niet alleen door liefhebbers gekoesterd, het zijn ook beleggingsobjecten. En met die sterk gestegen prijzen, valt dat goed te verklaren. En dan hoeven we het al helemaal niet te hebben over klassieke Porsches, oude BMW’s of Mercedessen van een jaar of 50 oud. Daarvoor moet je vaak tientallen duizenden euro’s neertellen. Dat zijn dan weer bedragen die vaker door beleggers op te brengen zijn dan door particulieren. Het aantal oldtimers in Nederland is tot boven de 200.000 personenauto’s gestegen. Dat is een stijging van 2 procent ten opzichte van 5 jaar geleden. Daarmee steeg het aantal oldtimers relatief harder dan het totale wagenpark in Nederland, blijkt uit cijfers van Bovag.
Toch moeten we nadenken over de toekomst. Door brandstofwijzigingen en nieuwe milieuwetgevingen lijkt die toekomst onzeker te worden. Die recente ontwikkelingen binnen de automotive branche maken het er dan ook niet eenvoudiger op voor oldtimereigenaren. De overheid wil de uitstoot van benzine- en dieselmotoren zo schoon mogelijk maken en dat zorgt voor brandstoffen die schadelijk kunnen zijn voor oldtimers. Brandstof is niet de enige zorg. Sinds de invoering van milieuzones komen er jaarlijks meer gebieden bij waar oudere auto’s en dieselauto’s zich niet mogen begeven. Wat dan wel weer opmerkelijk is, is dat oldtimers van 50 jaar of ouder niet meer APK gekeurd hoeven te worden. Ik hoop hoe dan ook dat we over 50 jaar in 2073 nog steeds kunnen genieten van al dat mooie oude spul op de weg.
Auteur: Pieter Hof uit Boekelo is Saabliefhebber en lid van de Historische Automobiel Vereniging.
Foto: Reinhold Möller Wikimedia Commons